Met stad Gent hebben we een speciale band. Niet alleen omdat we er leven en ons kantoor hebben maar ook omdat we met verschillende teams van de stad al heel diverse uitdagingen samen konden aanpakken.
In september 2022 mocht Kathleen Snoeck, directeur binnen het Departement Onderwijs, Opvoeding en Jeugd, haar 30ste dienstjaar vieren. Ze schreef een essay met tips en trics voor andere medewerkers van de stad. “Over fuiken en konijnen, 10 inzichten die ik 30 jaar eerder wou.” Praktisch, persoonlijk, concreet en vooral inspirerend. Veel van de werkvormen gebruiken wij ook in onze begeleidingen en onze dagdagelijkse job. We hadden met Kathleen een boeiend gesprek over haar essay. We kunnen met haar tips nu ook anderen inspireren.
Dit is wat ze er zelf van zegt:
"Ik wil iets terugdoen, iets nalaten zowel voor mijn eigen dienst als voor de stadsorganisatie in zijn geheel. Van de vele vormingen, Ted-talks, boeken die ik de afgelopen decennia volgde, beluisterde of las, maakte ik een top 10 met de voor mij belangrijkste inzichten. ”Lifesavers” a.h.w. die mij de afgelopen jaren gevormd en geholpen hebben."
Nadenken over de oplossing in plaats van het probleem
Van de 10 tips die ze op papier zette, is deze onze favoriet: oplossingsgericht werken van Fletcher Peacock.
Fletcher Peackock was de auteur en de titel van de uit het Frans vertaalde werkje "Besproei de planten, niet het onkruid", dat goud waard is. De basisidee: blijf niet hangen in de analyse van een probleem, maar denk na over de oplossing. In plaats van stil te blijven staan bij het zoeken naar de oorzaken van moeilijkheden, je nodeloos te verliezen in de analyse, nodigt hij uit om de oplossingen te ontdekken.
Een klassieker uit dit repertoire is de wondervraag: "Stel je voor dat je morgen wakker wordt en om een onverklaarbare reden is een probleem van de baan. Wat zie je dan? Wat merk je dan? Wat gebeurt er?" Dit is een fantastische vraag omdat ze jouw brein weghaalt van het negatieve en een beroep doet op positieve verbeelding. De volgende vraag is dan natuurlijk: “Wat moet je doen om dit te bereiken? Wat kan je helpen om een stap dichter bij die situatie te geraken?”
Een andere erg bruikbare vraag is het punten geven op 10. Als ik vraag aan collega's tijdens een werkoverleg hoe het gaat met hen, krijg ik meestal een standaardantwoord in de zin van "Het gaat wel” of “Oké". Als ik echter vraag om van 0 tot 10 punten te geven dwing ik hen om het scherper te stellen. Ik kreeg onlangs een “oké” en daarna een 5 op 10. Dan weet je dat er iets aan de hand is en krijg je een beter zicht op de situatie. Hoe tevreden ben je met de samenwerking? Hoe succesvol was jouw evenement? Hoe evalueer je je project? De opties zijn eindeloos. En hier eindigt het niet. Nog veel leuker is de volgende vraag. Stel ik geef mezelf een 7 op 10 voor onze samenwerking. Dan is de volgende vraag: "Wat moet er gebeuren om naar een 8 op 10 te komen?" Opnieuw boor je het probleemoplossend vermogen van je brein aan. Dat genereert ideeën en voorstellen en werkt veel productiever.
Het volledige essay lezen? Stuur ons een mailtje.